Zoals bekend komen de Romaanse talen (Frans, Spaans, Portugees, Italiaans, enz.) voort uit het Latijn, de taal van de Romeinen.
Maar de Germaanse talen (Duits, Engels, Nederlands, Deens, enz.) hebben ook een gemeenschappelijke voorouder: het Proto-Germaans. Deze taal is in tegenstelling tot het Latijn nooit op schrift gesteld, maar we kunnen ’m goed reconstrueren.
Zo is de voorloper van ons woord ‘koning’ het Proto-Germaanse *kuningaz. Die *-az is de uitgang voor de nominativus enkelvoud. Het Proto-Germaans maakte namelijk veelvuldig gebruik van naamvallen, net als het Latijn.
Dat die *-az ook nog eens erg veel lijkt op de Latijnse nominativusuitgang -us, zoals bijvoorbeeld in het woord deus, is geen toeval. Zowel het Proto-Germaanse *-az als het Latijnse -us gaat namelijk weer terug op de Proto-Indo-Europese nominativusuitgang *-os.
Ergens tussen het Proto-Germaans en het moderne Nederlands is de uitgang *-az verdwenen. Ook de andere Germaanse talen hebben de *-az grotendeels gedumpt. Engels: king, Duits: König. Deens: konge.
Maar nu komt het. De Proto-Germaanse uitgang *-az is niet volledig van de aardbodem verdwenen. Het hedendaagse Finse (!) woord voor ‘koning’ is namelijk kuningas.
Dat is opvallend, want het Fins is geen Germaanse taal. Sterker nog: het is niet eens een Indo-Europese taal. Het Fins behoort, net als het Ests en het Hongaars, tot de Oeralische taalfamilie. Toch is het Finse kuningas nagenoeg identiek aan het Proto-Germaanse *kuningaz.
De verklaring is dat de sprekers van het Proto-Fins en het Proto-Germaans met elkaar in contact hebben gestaan. Een paar eeuwen voor Christus moet het Proto-Fins dit woord aan het Proto-Germaans hebben ontleend. In de Germaanse talen is die uitgang er vervolgens afgesleten, terwijl het conservatievere Fins ’m heeft behouden.
Het Fins fungeert dus als een soort ijskast. Een leenwoord uit het Proto-Germaans wordt in het Proto-Fins ingevroren en is tweeduizend jaar later nog steeds goed. Zo heeft het moderne Fins ook nog altijd rengas en lammas, de ijskastvormen van het Nederlandse ring en lam.
Niet onbelangrijk: hiermee bewijst het Fins dat onze reconstructie van het Proto-Germaans klopt, dat er ooit een Proto-Germaans uitgang *-az moet hebben bestaan.
En de Finse ijskast kan nog oudere elementen conserveren. Zo moet het Finse werkwoord hakea, dat ‘zoeken’ betekent, ontleend zijn aan een taalstadium nóg ouder dan het Proto-Germaans: het Pre-Proto-Germaans.
De onderbouwing kort samengevat: een Proto-Germaanse lange ō gaat terug op een Pre-Proto-Germaanse lange ā. Het Finse werkwoord hakea heeft een a als eerste klinker, dus kan dit woord onmogelijk ontleend zijn aan het Proto-Germaanse *sōkjan-, maar juist wel aan het Pre-Proto-Germaanse *sāgi-. Dat het Fins de s aan het begin van dit woord in een h heeft veranderd is gebruikelijk.
Aron Groot
(Meer Proto-Germaanse woorden in het Fins bij Yoïn van Spijk.)